Winter in Jaufrenie

We zijn nu drie weken in Jaufrenie geweest en het was best wel koud en het heeft zelfs gevroren. Maar Paula en ik vonden het heerlijk om hier te zijn en we hebben goed kunnen relaxen en genoten van ons huisje en vooral van onze oude houtkachel. We hebben het hout opgestookt van de oude pruimenboom ,die we vorig jaar moesten omzagen. Zo heeft die oude boom ons mooi door de winter geholpen. Om het huis alleen met de houtkachel te verwarmen lukt niet helemaal en af en toe hebben we met de elektrische kacheltjes moeten bij verwarmen.

Het koudste plekje van ons huisje is de badkamer en die lijkt soms wel een koelkast, dat komt ook omdat die in de uitbouw van het huis is. Als we ’s morgens opstaan zetten we als eerste, een kwartier van tevoren, het elektrische-ventilator kacheltje in de badkamer aan. Ondertussen por ik de houtkachel weer op, zodat die weer lekker brandt. Daarna nemen we de kleren mee naar de badkamer, wassen en kleden ons daar dan aan en daarna gaat het elektrische kacheltje weer uit. Ondertussen is de woonkamer door de houtkachel verwarmd en kunnen we zo heel comfortabel aan het ontbijt. Aangezien onze buren Mike en Helen voor zes weken naar hun dochter in Australië zijn, heeft hun kat Fifi, die een echt gezelschapsdier is, veel om ons huis gecirkeld om aangehaald te worden en om naar binnen te glippen. We hebben haar wel wat aangehaald en geaaid, maar om geen valse hoop te kweken haar maar niet naar binnen gehaald. Ze heeft wel dagen lang, buiten op onze vensterbank, ons via het raam in de gaten gehouden.

Af en toe was het goed weer en hebben we gelukkig in de tuin en rondom het huis ook nog het een en ander kunnen doen: de moerbeibomen en wat heggen gesnoeid, een oude vlierbes opgeruimd, nog wat gras gemaaid en een brandstapel van vorige herfst weggebrand. Een kast van de gîte naar de zoldervliering verhuisd. Paula heeft de gîte schoongemaakt en verder in orde gebracht en de boiler gevuld, want in maart krijgen we daar een paar gasten te logeren.
Voor Els en Jos heb ik nog een grote varkensham uitgebeend, uitgesneden en van een gedeelte verse worst gemaakt om de vriezer mee te vullen. Nog een keer met de wandelclub, in het dorpje Charras, een wandeling gemaakt van negen kilometer en die afgesloten met een glas cider en wat cannelés (kleine hoge Franse cakejes bereid met rum en een sticky uiterlijk).

Verder waren wij en ook Jules, nog uitgenodigd op 3 maart om bij Joselyn en Roger die zes kilometer verderop wonen, zijn verjaardag te komen vieren. Er zouden ca. dertig mensen komen en het was de bedoeling dat iedereen wat te eten en/of te drinken mee zou nemen om zo een leuk feest te hebben. Ik had een terrine gemaakt met uien chutney en kleine augurkjes erbij, iemand kwam met een quiche een ander weer met een salade, stokbrood met rillettes, rauwkost, een rijst- en een bami-schotel, wat kazen, stokbrood, een grote taart enz. er was voldoende voor iedereen. Het was een bont gezelschap met mensen uit New-Zeeland (Roger en Joselyn), Frankrijk, Engeland, Zwitserland, Australië, zelfs een man uit Madagascar en dan Jules, Paula en ik uit Nederland. Iemand had nog een gitaar bij zich en er werd gezongen en gedanst, het was een gezellig en prima geslaagd feest.
Wat de afgelopen weken voor ons ook een feest was: dat de kraanvogels overvlogen (zie blog: ‘vreemde vogels’). Een fenomenaal gezicht dat duizenden kraanvogels over onze de Dordogne naar het noorden vliegen. Ook wij gaan weer naar het noorden, niet direct naar Nederland maar we gaan via het plaatsje Fouesnant aan de kust in Bretagne. Daar heeft mijn zus Patricia met haar partner Waldy voor twee maanden een huis gehuurd en wij mogen een paar dagen komen logeren, we verheugen ons erop!
Eind april komen we weer terug naar de Dordogne, au revoir Jaufrenie.
Met groeten uit Jaufrenie. P+P
